IUI

IUI staat voor intra-uteriene inseminatie. De bevruchting van de eicel vindt hierbij plaats in het lichaam van de vrouw. Dit is anders dan bij IVF, waar de eicel buiten het lichaam wordt bevrucht en wordt teruggeplaatst. Bij IUI wordt het zaad van de man ingebracht in de baarmoeder, op het moment dat eisprong gaat optreden. Dit heet ook wel inseminatie. Het zaad kan dan zelfstandig naar de eicel toe. Uit het zaad van de man worden eerst de gezondste spermacellen gehaald. Dit verhoogt de kans op een succesvolle zwangerschap. Van iedereen die een IUI behandeling ondergaat, wordt ongeveer 25% zwanger binnen dit traject.

IUI wordt vooral ingezet als er sprake is van een licht verminderde zaadkwaliteit. Dit is het geval als er minder dan één miljoen bewegende zaadcellen zijn tijdens het onderzoek. Daarnaast wordt IUI ingezet als er geen duidelijk aanwijsbare reden is dat eerdere behandelingen niet hebben gewerkt. IUI is dan een ‘vervolgstap’. Als IUI niet werkt, is vaak de volgende stap een IVF behandeling.

De behandeling

Als eerste zal er een eisprong bij de vrouw moeten gaan plaatsvinden. Deze kan natuurlijk zijn, maar kan ook opgewekt worden door hormoonmedicatie. Ook wel ovulatie inductie genoemd. Dit kan het geval zijn bij een cyclusstoornis zoals PCOS. Soms wordt er gekozen om, ook als er een natuurlijke cyclus is, de eisprong op te wekken via medicatie. Dit wordt gedaan omdat de cyclus in het ziekenhuis dan beter in de gaten gehouden kan worden. Er is dan meer controle op het hele verloop van de behandeling.

Als de eisprong bij de vrouw bijna gaat plaatsvinden, dit wordt met echo’s gecontroleerd. Moet er een seksuele onthoudingsperiode worden ingelast. Dit is vanaf ongeveer dag 10 in de cyclus. Dit is nodig, omdat het zaad van de man enkele dagen later ingebracht gaat worden in de baarmoeder. De kwaliteit van het zaad is het beste als er ongeveer drie dagen (72 uur) geen zaadlozing is geweest.

Op de dag dat het zaad ingebracht wordt moet er een ejaculatie plaatsvinden in een steriel potje. Dit moet gebeuren door masturbatie. Binnen één tot twee uur moet het sperma in het laboratorium in het ziekenhuis zijn. Hier worden eerste de beste zaadcellen geselecteerd en deze worden ingebracht bij de vrouw. Dit gaat door middel van een eendenbek (speculum) en een dunne katheter. De zaadcellen worden ingespoten, waarna de eendenbek en de katheter weer worden weggehaald. Je moet ongeveer 10 minuten op de onderzoeksbank blijven liggen.

Ongeveer een week na het onderzoek wordt een bloedtest afgenomen om te kijken of er een goede eisprong heeft plaatsgevonden. Dit is te zien als het hormoon progesteron in verhoogde mate aanwezig is in het bloed. Na ongeveer 12 dagen wordt er bloed afgenomen om te kijken of het zwangerschapshormoon hCG aanwezig is. Sommige ziekenhuizen nemen niet standaard bloed af. Dan kan je zelf 14 dagen na de ovulatie een zwangerschapstest doen als je niet ongesteld bent geworden.